Deze video geeft uitleg over Zouten: zoutformules voor het eindexamen scheikunde.
Hieronder kun je de tekst van de video nog eens nalezen:
In deze video van vandaag gaan we het hebben over de zoutformules. Zoals we in de vorige video al gezien hebben, zijn de zouten verbindingen van metalen met niet-metalen. Daarnaast weten we nu ook dat zouten bestaan uit positief en negatief geladen ionen. Er bestaan verschillende soorten ionen. Als eerste wil ik de enkelvoudige ionen behandelen. Dit zijn, zoals de naam misschien al doet vermoeden, ionen die zijn opgebouwd uit slechts één atoom. Een paar voorbeelden van enkelvoudige ionen zijn Na+, dit is het natriumion, Mg2+, dit is het magnesiumion en Al3+, dit is het aluminiomion. (Enkelvoudige ionen: Opgebouwd uit slechts één atoom.). Er bestaan echter ook samengestelde ionen. Deze ionen bestaan namelijk uit meerdere atomen. OH-, SO42- en CO32- zijn dus samengestelde ionen omdat ze bestaan uit meerdere atomen. Het is bij samengestelde ionen erg belangrijk om te onthouden dat de lading op het ion geldt voor de gehele samenstelling van atomen, en niet dus voor maar één atoom. De 2- lading op SO42- geldt dus voor zowel de zwavel als de zuurstofatomen en niet bijvoorbeeld alleen maar voor het zuurstofatoom. Voor de metaalionen in een zout geldt dat deze altijd positief geladen zijn. (Metaalionen: altijd positief geladen). Voor de niet-metalen geldt juist dat deze altijd negatief geladen zijn. Er is één uitzondering en dat is het NH4+ ion. (Niet-metaalionen: altijd negatief geladen, m.u.v. NH4+). Gelukkig hoef je lang niet alle ionen uit je hoofd te kennen, want je kunt ze namelijk allemaal vinden in tabel 45A van je binas. (Het zou handig zijn om een nu een afbeelding van tabel 45A in beeld te brengen. ). Deze tabel wordt de oplosbaarheidstabel genoemd. Toch worden alle opgaven over zouten een stuk gemakkelijker wanneer je alle ionen in tabel 45 kent of tenminste herkent. Maar de namen van de ionen zijn niet gegeven in tabel 45 en dus deze moet je wel echt uit je hoofd leren. Daarnaast moet je ook onthouden dat er twee verschillende ijzerionen bestaan, namelijk Fe2+ (Fe2+ ijzer(II)ionen) en Fe3+ (Fe3+ ijzer(III)ionen). Ditzelfde geldt voor lood. Er bestaan namelijk Pb2+ en Pb4+ ionen. In de vorige video hebben we het al kort gehad over hoe zoutformules eruitzien, maar we gaan dat nu verder in detail behandelen. Hierbij is het echt heel erg belangrijk om de ionen uit je hoofd te leren. Wanneer we willen kijken naar wat de zoutformule van natriumchloride is, moeten we natuurlijk weten wat natrium- en chlorideionen zijn. Nou natriumchloride is opgebouwd uit Na+ en Cl- ionen. Om de molecuulformule van natriumchloride te achterhalen, schrijven we deze ionen achter elkaar op. (Na+Cl-) Wat we nu vervolgens moeten doen is ervoor zorgen dat de lading op het gehele zout neutraal is. Er moeten dus evenveel plusjes, als minnetjes binnen in het zout aanwezig zijn. Bij natriumchloride is de plus en minlading al gelijk aan elkaar, en dus schrijven we natriumchloride op als NaCl. (Natriumchloride: NaCl). Maar hoe schrijven we natriumsulfide dan op? Nou we weten nu dat natrium wordt geschreven als Na+ en het sulfide-ion schrijven we op als S2- (Bij ladingen is het trouwens erg belangrijk dat deze als superscript worden opgeschreven want anders kan er verwarring ontstaan). Bij natriumsulfide is de + en de ? lading dus niet in één keer gelijk. Er zit namelijk een twee keer zo grote lading op het sulfide ion als op het natrium-ion. Daarom zijn er in dit geval twee natriumionen nodig. Op deze manier wordt de positieve lading dus 2+ in plaats van 1+. Natriumsulfide wordt dus geschreven als Na2S. In dit zout bevinden zich dus twee Na+en en één S2-. Bij ammoniumfosfaat wordt het allemaal net iets ingewikkelder. Ammoniumfosfaat bestaat namelijk uit twee samengestelde ionen: NH4+ en PO43-. Er zijn dus drie ammonium ionen nodig om de lading van dit zout neutraal te maken. Drie ammonium ionen hebben namelijk een lading van 3+ terwijl een fosfaat ion een lading van 3- heeft. Maar hoe schrijven we de formule van ammoniumfosfaat dan op? Nou we moeten nu eerst haken om het ammonium ion zetten en vervolgens plaatsen we rechtsonder een 3. Dit doen we omdat het ammonium een samengesteld ion is. Dit ziet er dan als volgt uit (NH4+)3PO43- ((NH4)3PO4. Misschien is het mogelijk om met behulp van wat kleine animaties weer te geven dat drie ammoniumionen en een fosfaat ion samen een neutrale lading geven. De verhouding tussen deze ionen is dus 3:1.
REACTIES
1 seconde geleden